SAL7379, Akte: R°91.4-V°91.1 (185 van 813)
Akte R°91.4-V°91.1
Act
Datum: 1485-09-15
Transcriptie
2024-02-28 door Christine VanthilloNae dien dat anthonijs lenarts als procur(eur) des godshuys/
van vlierbeke heeft doen lesen een zeker beleyt dair mede/
de procur(eur) desselfs godsh(uys) geleyt is nae deser stat recht tot/
alle(n) den goeden have en(de) erve jans de hane voir zekere/
pechtinge(n) der goeden desselfs godsh(uys) en(de) v(er)socht in die goede
//
gewesen te worden om d(air)aen des godshuys wettige gebreke(n)/ der selver pechtinge(n) te v(er)halen die hij p(rese)nteerde te doe(n) ve(r)ifice(re)n/ bij eede vanden ghene(n) dient behoirde dair tegen de voirs(creven)/ jan zonder alnoch int principael te antwoirden dede segge(n)/ hoe hij hoepte dat hij alh(ier) int principael niet antw(er)d(en)/ en soude noch schuldich en wa(r)e tantw(er)den(e) het en wa(r)e/ dat hij voe(r) ende eer costeloes ontslage(n) wa(r)e vanden/ gheestelijcke(n) gerichte des officiaels d(air)voe(r) hij van des(er) sake(n)/ betogen was ende alnoch hinck ombeslicht en(de) overlanck/ gehange(n) hadde op dat hij met twee roeyen niet en/ worde geslage(n) en(de) met eene(n) gedinge mocht gestaen/ Dair tegen de voirscr(even) anth(onijs) en(de) met hem claus vasont/ beyde als procur(eur)s des voirs(creven) godshuys deden segge(n) dat/ zijten d(air)aff ontsloege(n) ende deden dat geheelijck aff ende/ te nyeute Vanden welk(en) de selve hane niet te vrede(n)/ zijn en woude mair hoepte dat voir al d(er) wet/ alh(ier) blijcke(n) soude genoech zijnde dat tselve v(er)volch/ ter plaetse(n) dair dat geschiet was behoirlijck afgedae(n)/ en(de) dat alle coste(n) die hij d(air)aff ald(air) hadde gelede(n) ende/ d(air) voe(r) hij ald(air) uuyt sake(n) van dien gepraemt mocht/ worde(n) ware(n) afgedaen ende betaelt [op] dat hij va(n) o(n)behoirlijke(n)/ uuytwege(n) moeytte(n) en(de) lasten mocht worde(n) verhuedt D(air)/ tegen de procur(eur) de (contra)rie sustin(eer)de hoepte dat genoech/ ware dat hij d(air)aff alh(ier) r(e)nu(n)cieerde Hebben de scepen(en) van loven(e) t(er) maniss(en) smeyers gewijst voir een vo(n)nisse/ gelieft den procur(eur) vanden godsh(uyse) alh(ier) voirts te vare(n)/ dat hij voir al behoirlijck afdoe(n) sal tv(er)volch va(n) des(en)/ int gheestelijcke gherichte geschiet en(de) alle costen/ aldair gebuert afdoen en(de) restitue(re)n en(de) d(air)aff behoirlijck/ doen blijck(en) In scampno sept(embris) xv
//
gewesen te worden om d(air)aen des godshuys wettige gebreke(n)/ der selver pechtinge(n) te v(er)halen die hij p(rese)nteerde te doe(n) ve(r)ifice(re)n/ bij eede vanden ghene(n) dient behoirde dair tegen de voirs(creven)/ jan zonder alnoch int principael te antwoirden dede segge(n)/ hoe hij hoepte dat hij alh(ier) int principael niet antw(er)d(en)/ en soude noch schuldich en wa(r)e tantw(er)den(e) het en wa(r)e/ dat hij voe(r) ende eer costeloes ontslage(n) wa(r)e vanden/ gheestelijcke(n) gerichte des officiaels d(air)voe(r) hij van des(er) sake(n)/ betogen was ende alnoch hinck ombeslicht en(de) overlanck/ gehange(n) hadde op dat hij met twee roeyen niet en/ worde geslage(n) en(de) met eene(n) gedinge mocht gestaen/ Dair tegen de voirscr(even) anth(onijs) en(de) met hem claus vasont/ beyde als procur(eur)s des voirs(creven) godshuys deden segge(n) dat/ zijten d(air)aff ontsloege(n) ende deden dat geheelijck aff ende/ te nyeute Vanden welk(en) de selve hane niet te vrede(n)/ zijn en woude mair hoepte dat voir al d(er) wet/ alh(ier) blijcke(n) soude genoech zijnde dat tselve v(er)volch/ ter plaetse(n) dair dat geschiet was behoirlijck afgedae(n)/ en(de) dat alle coste(n) die hij d(air)aff ald(air) hadde gelede(n) ende/ d(air) voe(r) hij ald(air) uuyt sake(n) van dien gepraemt mocht/ worde(n) ware(n) afgedaen ende betaelt [op] dat hij va(n) o(n)behoirlijke(n)/ uuytwege(n) moeytte(n) en(de) lasten mocht worde(n) verhuedt D(air)/ tegen de procur(eur) de (contra)rie sustin(eer)de hoepte dat genoech/ ware dat hij d(air)aff alh(ier) r(e)nu(n)cieerde Hebben de scepen(en) van loven(e) t(er) maniss(en) smeyers gewijst voir een vo(n)nisse/ gelieft den procur(eur) vanden godsh(uyse) alh(ier) voirts te vare(n)/ dat hij voir al behoirlijck afdoe(n) sal tv(er)volch va(n) des(en)/ int gheestelijcke gherichte geschiet en(de) alle costen/ aldair gebuert afdoen en(de) restitue(re)n en(de) d(air)aff behoirlijck/ doen blijck(en) In scampno sept(embris) xv
Nagekeken door: Greet Stevens
Moderator: Greet Stevens
Laatste update:: 2017-01-03 door Jos Jonckheer