Allen dat jan mathillart wonen(de) te/ dyon le mont als procur(eur) geconst(itueert) zijn(de)/ bij jonche(re)n anth(onijs) de glymes voe(r) rob(eer)d(e)/ de morchain als openbair notarijs ende/ seke(re) getuygen opd(en) daet van xxiii maii/ a(n)no xv[c] achtenveertich om alle zijn(e)/ saken te verwa(r)en te bedingen en(de) anderss(ins)/ alle tgene te doen(e) des de selve jonch(e)r/ anth(onijs) selve soude moegen doen met/ macht om voirts te moegen substitue(re)n/ heeft uut crachte van(der) selv(er) substitutien/ voirts gesubst(itueert) m(eester) laureyse moreels/ jorijse moens jan(ne) nijs le(m)mens blinck/ vliet scutteputte martini valkenborch/ jasparen sardan m(eester) hubr(echte) van houg(aer)d(en)/ m(eester) jan(ne) van(der) goten en(de) ambrosiu(m) van yngelen/ aut om alle des voirs(creven) jonch(e)rs saken/ te verwa(r)en promitt(ens) ratu(m) ad lites cor(am)/ eisd(em)