It(em) henricus steymans in p(rese)ncia heeft uutgegeven en(de)/ bekent uutgegeve(n) te hebben(e) reyne(re)n comelinck wonen(de)/ te houdert zone wijlen arnts sijne(n) swag(er) alle alsulke/ goede die de selve henrick steymans ligghen(de) heeft te houd(er)t/ voirs(creven) en(de) houden(de) es van weghen lijsbetten wijlen comelinc/ sijnre yerst(er) huysvr(ouwe) sust(er) doen sij leefde svoirs(creven) reyners/ Te houden(e) te hebben(e) en(de) te besitten(e) alsoe langhe de voirs(creven) hen(ri)[c(us)]/ leven sal en(de) niet lang(er) elcx jairs dae(re)n bynne(n) voe(r) en(de)/ o(m)me viere rinssche gul(den) te lx pl(a)c(ken) tstuck en(de) ov(er) ande(r)/ jaire een to(n)ne appelen alle jaire tsinte m(er)tensmisse te bet(alen)/ en(de) te loven(e) te leve(re)n los en(de) vrij vander beden ons gened(ichs)/ she(re)n sh(er)toghen schote en(de) lote en(de) sdorps rechte en(de) van alle(n)/ ande(re)n calangien den voirs(creven) henrico steymans alle jaire/ alsoe langhe de voirs(creven) henricus leven sal en(de) niet lang(er)/ quol(ibe)t ass(ecutu)m Met (con)d(icien) dat de voirs(creven) reyne(r) alle de voirscr(even)/ goede houden sal in goeden state en(de) rep(ar)acie(n) alsoe dat/ behoren sal Ende sal voorts de selve reyne(r) jairlix alle/ chijsen uut den voirs(creven) goede(n) gaen(de) ten behoirlijken tijden jairlicx/ gelde(n) en(de) betalen alsoe in tijts en(de) in uren dat de voirs(creven) henr(ick)/ noch sijn goede dair van egheen schade hebben noch lijd(en)/ en sulle(n) in gheenre manie(re)n En(de) oft reyne(r) des niet en/ dade soe sal de vorg(enoemde) henric[(us)] de voirg(eruerde) goede vord(er) om moge(n)/ aenveerden oft dat op de voirg(enoemde) reyne(re)n moghe(n) verhale(n)/ zond(er) argelist cor(am) pynnox berghe novembr(is) xxi