Nae dien gerardus crabeels als procureur/ der kynderen aerdts wijlen cardinaels
//
geconstitue(er)t van wege(n) der stadt van/ loeven(e) dair toe geco(m)mitte(er)t et(cetera) ontbooden/ hadde voe(r) den raide des(er) stad henrick/ vand(er) hulst rintmeester des heeren van/ chieve(r)s als man en(de) momboir der wed(uw)[en]/ meester gheerts wijlen va(n) baussele/ den selven te kynnen geven(de) hoes m(eester)/ gheert van baussele salig(er) gedachten/ die welcke momboir was in sijnen/ leeven(e) der voirs(creven) kynderen van welcken/ momborscap de voirs(creven) meester gheert/ egheen(e) rekeninge gedaen en heeft en(de)/ want hij henrick voirs(creven) getrout heeft/ nae staet der heylig(er) kercken der huysvrouwe(n)/ wijlen m(eester) gheerts voirs(creven) en(de) dat hij dae(r)/ van sculdich wa(r)e rekeninghe te doene/ begheeren(de) dair omme ind(en) name als vo(r)e/ dat de voirs(creven) henrick van sijns voirsate(n) ad/ ministratie rekeninge dade (et)c(etera) wair op de/ voirs(creven) henrick antwoirde en(de) seyde kynnen(de)/ hoe m(eester) gheert voirs(creven) momboir vand(er) voirs(creven)/ kinderen geweest hadde en(de) hij oick bereet/ was gerarde rekeninge te doene ind(en) name/ als boven mair overmidts dat een geheete(n)/ peeter vand(er) heyd(en) die den inve(n)tar(is) hadde/ van vercregen goeden en(de) hij vand(en) voirs(creven) peete(re)n/ egheen(e) bescheit noch rekeninge en coste/ gecrijgen soe dat hij midts des(en) sijn rekeni(n)ge/ niet en cost gesluyten hij en hadde voe(r) al/ van pete(re)n voirs(creven) sijn besceit ende mette(n) selve(n)/ peteren gerekent begerende dair o(m)me vand(en)
//
vand(en) raide dat men den voirs(creven) pete(re)n op alsulcke(n)/ correctien dede daghen op dat hij metten selve(n) sijn(en)/ rekeninghe sluyten want wat hij dair o(m)me dede/ oft solliciteerde soe met dagheme(n)ten oft and(er)sints/ peeter voirs(creven) en wilde niet compare(re)n en(de) dit/ aldus gedaen sijnde soe was hij henrick/ voirs(creven) van stonden aene te vreden met/ den voirs(creven) gerardum te reeken(en) (et)c(etera) ende/ nae dien den raidt hier op geledt hebben(de)/ soe hebben sij den selven partyen/ getermine(er)t dat henrick voirs(creven)/ sculdich sal sijn den voirs(creven) kinderen/ rekeninge te doene binnen acht dage(n)/ ende in gevalle dat hij eenich gebreck/ heeft op peteren vand(er) heyden dat/ hij die ontbiede voe(r) den raide men/ sal hen gehoirt hebben(de) recht doen alsoe/ men bevind(en) sal behoiren(de) Act(um) in pleno (con)silio/ cor(am) a(m)bob[(us)] burg(imagist)ris abs(oloens) b(er)ghe roelofs rosmeer/ are(n)berghe (et) aliis de (con)silio nove(m)br(is) xvii